Veranderingen door het nieuwe werken
Een aantal jaar geleden is er een nieuwe visie ontstaan over de inrichting en het bestuur van kennisgericht werk. Dit kwam mede door technologische ontwikkelingen. Deze nieuwe visie wordt het nieuwe werken genoemd. Zaken die veranderd zijn gaan over onder andere de inrichting van de fysieke werkplek, het denken over de verhoudingen tussen manager en werknemer en over de organisatie in het algemeen. In dit artikel worden de belangrijkste veranderingen op deze verschillende gebieden besproken.
Fysieke werkplek
Het werk wordt effectiever doordat kantoorruimtes worden ingericht voor communicatief werk en concentratiewerk. Kantoor wordt meer gezien als ontmoetingsplaats voor mensen waar ideeën
uitgewisseld worden. Er zijn daardoor grote kantoorruimtes waarbij veel mensen bij elkaar werken. Voor overleg komen ze samen bij een formeel of informeel ingerichte ruimte die afgesloten is van de grote werkruimte. De werkplekken worden ook efficiënter ingericht, zodat er minder ongebruikte ruimte ontstaat. Dit betekent dat er flexibele werkplekken ontstaan waar iedereen zijn laptop op kan aansluiten en dat dus niet iedereen een eigen werkplek heeft, maar dat er genoeg plekken zijn voor de hoeveelheid mensen die tegelijk wil werken. Mensen kunnen ook thuiswerken achter hun computer. Daarnaast dient het kantoor ook meer als visitekaartje van de organisatie.
Het denken en doen van manager en werknemer
Het is de bedoeling dat medewerkers veel meer mee gaan denken in de organisatie en zelf oplossingen en ideeën bedenken. Ook moeten ze meer zelfstandig en verantwoordelijk zijn. Hierdoor zijn bijvoorbeeld de werktijden ook flexibel. Medewerkers bepalen zelf wanneer ze hun uren maken en waar. Ze krijgen beschikking over meer informatie en middelen. Daarnaast moeten ze gericht zijn op het creëren van zelfkennis en ontwikkeling van vaardigheden. De manager moet meer vertrouwen op zijn/haar werknemers en heeft meer een coachende en sturende rol. Hij/zij richt zich veel meer op het eindresultaat dan vroeger en heeft als taak de werknemers te motiveren dit op een snellere en efficiëntere manier te bereiken. De manager is niet meer het meest belangrijk bij het controleren en verspreiden van informatie.
Het denken over de organisatie
Bij het nieuwe werken houden bedrijven zich meer bezig met het ontwikkelen van een visie, missie en ambitie. Ze stellen kernwaarden vast en denken meer na over hoe ze processen kunnen verbeteren en hun producten en diensten beter kunnen afstemmen op de wensen van de klant. Dit alles heeft tot doel een beter bedrijfsresultaat te bereiken.